Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [23]Hij zal [24]aan zijn voortreffelijken gedenken, [doch] zij [25]zullen struikelen [26]in hun tochten; [27]zij zullen haasten [28]naar hun muur, als [29]het beschutsel vaardig zal wezen. 23. Te weten, de koning van Assyrie. 24. Dat is, hij zal zijn vertrouwen op hen stellen. Anders: hij zal zijne geweldigen monsteren. 25. Dat is, zij zullen zo haastelijk lopen en met zulke onzinnigheid, dat zij over elkander zullen tuimelen en vallen. 26. Of, in hunne gangen; dat is, op hunne straten en stegen, overal waar zij heengaan. 27. Te weten, de Assyriers. 28. Versta, de muren der stad Nineve. 29. Of, het deksel. Versta, een krijgsgetimmer als een galerij, onder hetwelk de soldaten schotvrij waren. Hebr. en het beschutsel zal vaardig gemaakt.